2025-07-30 19:39:35
woensdag 30 juli 2025

Pieter Hoekstra was bijna zeventig jaar lang kerkorganist

Na bijna zeventig jaar actief te zijn geweest als kerkorganist in respectievelijk Oppenhuizen, Sneek en nogmaals Oppenhuizen, besloot oud-melkveehouder Pieter Hoekstra (84) uit Bolsward onlangs definitief te stoppen. Hij kijkt terug op prachtige jaren. “Als kerkorganist heeft mijn hart altijd gelegen bij het optimaal begeleiden van zangliederen tijdens de eredienst. Dat vraagt inleving”, stelt hij. “Bij het muzikaal invullen van kerkdiensten moet je als organist nooit concerterend bezig zijn, maar juist beheerst kunnen spelen.”

Als kerkorganist is het volgens Pieter Hoekstra belangrijk altijd “een ‘vuurtje’ onder de liederen te leggen”. Wat hij daarmee bedoelt? “Ik probeerde de tekst van een lied altijd optimaal recht te doen. Neem bijvoorbeeld het kerklied ‘Eens komt de grote zomer’. Voor zo’n opgewekt en hoopvol lied moet je als organist muzikaal een voorspel maken, dat daarbij past. Het moet een soort van vreugde overbrengen. Anderzijds probeer je bij sombere liederen een trieste stemming over te brengen. Ieder lied heeft zo zijn eigen verhaal. Begeleiden is een vak apart.”

Harmonium

Pieter Hoekstra is geboren in Uitwellingerga, waar zijn ouders een boerderij hadden met zo’n zestien koeien. “In 1952 kregen wij thuis een harmonium, een klein orgeltje waar mijn moeder graag op speelde. Ik vond dat prachtig klinken en werd meteen helemaal gegrepen door dit muziekinstrument. Mijn moeder bracht mij de eerste beginselen van het orgelspelen bij en al gauw zat ik dagelijks voor het harmonium te oefenen.” Zijn ouders besloten hem na een tijdje aan te melden voor orgelles bij Jacob Wijnja in Uitwellingerga, die destijds tweede organist in de plaatselijke Nederlands Hervormde kerk was.

Hoekstra: “Dankzij hem heb ik mij verder kunnen ontwikkelen in het orgelspelen. Hij nam mij ook regelmatig mee naar het kerkorgel en dan mocht ik toekijken hoe hij daar op speelde.” Wijnja was boer van beroep en combineerde dat met het orgelles geven. “Het betekende dat hij in de drukste periode van het jaar op de boerderij, van mei tot en met september, altijd een zomerstop had van zijn lessen. In die maanden ging ik daarom thuis altijd extra oefenen. Dagelijks speelde ik met veel plezier op het harmonium.”

Rusticus

Op zijn veertiende jaar werd Pieter Hoekstra al gevraagd als organist van de gereformeerde kerk in Oppenhuizen. Eerst als invaller, later als vaste organist.

Hoekstra vertelt: “Daar stond een klein Bakker & Timmenga-orgel, met een mooie klank. Later is dat orgel naar de kerk in Tirns verhuisd, waar het nu nog steeds wordt gebruikt. Na twee jaar kreeg ik van Wijnja te horen dat hij mij qua orgelspel niets meer kon leren en gaf het advies dat ik beter in de leer kon bij IJbe Rusticus, destijds organist van de Martinikerk in Sneek. Iets dat hij maar liefst 49 jaar heeft gedaan. Van mijn veertiende tot mijn twintigste jaar kreeg ik wekelijks les van Rusticus. Een leerzame periode, waarin ik ook mijn harmoniumexamen in Zwolle behaalde. Daarna kreeg ik kerkorgelles van hem en zo heeft hij mij de fijne kneepjes van dit specialisme geleerd. De lessen kreeg ik in die periode op het Schnitgerorgel van de Martinikerk in Sneek. Later maakte hij graag gebruik van mijn capaciteiten als vervanger voor hem in de diensten in de Martinikerk. Ik kreeg toen ook orgelimprovisatieles van hem.”

Sneek

In 1962 werd Hoekstra kerkorganist van de Noorderkerk aan de Kerkgracht in Sneek. Dit gebouw is tegenwoordig een theaterzaal. Uit tien sollicitanten viel de keuze destijds op hem. Na twee jaar maakte Hoekstra de overstap naar de Oosterkerk aan de Leeuwarderkade. “Daar stond een fraai Blank-kerkorgel. Ik ben daar 28 jaar lang met veel plezier organist geweest.” Het kerkgebouw heeft inmiddels een herbestemming gekregen als appartementencomplex.

Boer

Pieter Hoekstra was in het dagelijkse leven melkveehouder. In 1972 nam hij de boerderij in Uitwellingerga van zijn ouders over. Hoekstra was drie jaar eerder getrouwd met dorpsgenote Ans Wiersma en samen woonden ze eerst in een ark tegenover de ouderlijke boerderij. Na de bedrijfsovername verhuisden ze naar de ‘pleats’. “Het boer zijn was altijd goed te combineren met het orgelspelen. Die hobby wilde ik absoluut niet missen”, zegt hij. “Als boer heb je een redelijk vrij beroep, waarin je je eigen tijd flexibel kunt indelen. Dat kon dus ook met het orgelspelen.”

Drie diensten op een dag

“In de periode van de zeventiger jaren tot in de negentiger jaren toen er nog een redelijk grote kerkgang was, had ik op zondag soms wel drie kerkdiensten per dag, waarvan de eerste al om negen uur was. Dan ging ik om vier uur ‘s ochtends al uit bed om de koeien te voeren en te melken, om mij daarna naar de kerkdienst te haasten. Na de eerste dienst nam ik dan snel een kopje koffie met de dominee bij de koster thuis en dan was om half elf al de tweede kerkdienst. De derde dienst was dan in de middag. Ik heb door de jaren heen ook vele rouw- en trouwdiensten begeleid.”

Uitlaatklep

Hoekstra kreeg in 1992 de vraag uit eigen dorp of hij organist wilde worden van de plaatselijke Samen op Weg-gemeente. Hij had daar wel oren naar, al beviel het spelen in Sneek hem ook nog steeds goed. Na enig wikken en wegen koos hij toch voor een terugkeer als kerkorganist in zijn eigen woonplaats. “Daar heb ik vervolgens nog vele mooie jaren beleefd”, zegt hij.

In 2005 kwam Pieter Hoekstras echtgenote Ans door een auto-ongeluk om het leven. Het dompelde hem en hun kinderen in diepe rouw. Een jaar later nam zoon Sietze de boerderij over en ging hij zelf elders in het dorp wonen. Het orgelspel was voor hem in die inktzwarte periode een belangrijke uitlaatklep. Tien jaar later, in 2015, kreeg hij een relatie met Frida Nauta, die eerder haar man had verloren door een slopende ziekte. Zo hervonden beiden het geluk bij elkaar. “Frida woonde in Bolsward en ik ben in 2018 bij haar ingetrokken. We hebben het hier enorm naar onze zin”, zegt Hoekstra.

Afscheid

Op 2 maart jongstleden speelde Hoekstra zijn allerlaatste noten op het kerkorgel in Oppenhuizen. Voor hem was het een emotioneel afscheid met gemengde gevoelens. “Ik had nog graag door willen gaan, maar ik heb zelf besloten te stoppen omdat ik vind dat het orgelspel in de hedendaagse, moderne kerkdiensten onvoldoende tot zijn recht komt. Er wordt tegenwoordig steeds vaker een andere invulling gegeven aan een kerkdienst en het orgelspel is daarin, in mijn ogen, meer een bijzaak geworden. Dat vind ik jammer, maar ik heb begrip voor die keuze. Het heeft mij wél tot het besluit gebracht te stoppen als kerkorganist. We zijn in goede vrede uit elkaar gegaan.”

Thuis, in Bolsward, staat zijn elektronische Johannus Classic 250-orgel. “Ik speel elke dag met plezier drie uur op mijn thuisorgel”, zegt Pieter Hoekstra aan het eind van het interview. “Of ik nog andere hobby’s heb? Jazeker. Frida en ik mogen onder andere graag fietsen. Daarnaast lezen we veel boeken, kranten en tijdschriften. Een tv hebben we niet. We lezen liever en luisteren ook graag naar muziek De jaren als kerkorganist hebben mij veel gebracht en dat is nu een afgesloten boek.”

Drie onderscheidingen
Pieter Hoekstra viel op 27 september 2015 een grote verrassing ten deel. Na afloop van de morgendienst in de Johannestsjerke in Oppenhuizen kwam de toenmalige burgemeester Hayo Apotheker van gemeente Súdwest-Fryslân plotseling het kerkgebouw binnenlopen. Hij riep organist Hoekstra vanaf de begane grond toe naar beneden te komen en speldde hem vervolgens de versierselen op als lid in de Orde van Oranje Nassau, vanwege zijn grote verdiensten als kerkorganist. In 2010 was Hoekstra al gedecoreerd met het draaginsigne ‘Goud met briljant’. Dit insigne werd uitgegeven door de Protestantse Kerk Nederland aan mensen die in deze geloofsgemeenschap al ruim veertig jaar een actieve functie vervullen. Via diezelfde PKN werd Pieter Hoekstra op 20 juni 2025 nóg een keer geëerd met de erepenning, voor zijn decennialange trouwe dienst als kerkorganist.

Tekst en foto’s: Broer Feenstra 

Bron: GrootSneek


advertentie